Aan de hand van een aantal klinische testen wordt er gecontroleerd of er een beenlengteverschil aanwezig is. Bij onduidelijkheid kan er worden doorgestuurd naar medische beeldvorming (RX-foto), hierop wordt de effectieve lengte van de onderste ledematen gemeten.
Het is wetenschappelijk bewezen dat het lichaam zelf in staat is om de helft van het beenlengteverschil op te vangen en te compenseren. Als behandeling wordt er een ophoging in de zolen verwerkt zodat de lichaamshouding geoptimaliseerd wordt. Een eventuele doorverwijzing naar een ander (para-)medisch beroep kan alsook noodzakelijk zijn wanneer er een asymmetrie van de spieren aanwezig is.